Zoals altijd op de valreep

13-10-2017

13-10-2017

Zoals elk jaar zijn we van alles aan het klaarmaken voor de DDW en is het, een week voordat we klaar moeten zijn, nog volstrekt onduidelijk wat er wel en/of niet gaat lukken. Dus het voorpoefje wat in dit DDW-nieuwsbericht staat kan wel eens alleen een voorproefje blijken te zijn.

Het was niet de bedoeling om heel groot uit te pakken dit jaar maar op de valreep blijkt dat wat we in gedachten hadden toch best wat om het lijf heeft, zowel wat werk betreft (vandaar de onzekerheid over het welslagen van de plannen) als de impact ervan, want we moeten weer de hele showroom overhoop gooien om ruimte te bieden aan de nieuwe ideeën en producten.

In de zomer tekende ik al een serie producten voor de DDW, dik op tijd zou je denken. Maar als er dan heel veel opdrachten zijn en ook nog eens niet alles in een keer goed gaat verdwijnt de tijd als sneeuw voor de zon en zitten we exact in dezelfde situatie als altijd.

Oude thermoskan-inhouden-vazen en IKEA

Er is nu exact één project af en dat is een serie ‘oude thermosfles-inhouden-vazen’. De prachtige dubbelwandige glazen stonden jarenlang in het atelier bij Jeanine en vervolgens bij ons in de kelder. Hoe het exact is gekomen weet ik niet maar Jeanine bedacht op een goed moment dat ze geen geluk brachten, dus moesten ze weg. Ik ben niet zo bijgelovig dus bedacht ik, om het probleem op te lossen en, de kannen mee naar de zaak te brengen om van de verzilverde flessen een product te maken. Het werd een houder of liever gezegd een systeem waarmee vrij gemakkelijk verschillende maten en vormen konden worden gemaakt. De oplage is namelijk beperkt tot de 44 stuks waarvan 16 verschillende modellen.

Jaren terug vonden we de thermoskainhouden in een groot pand dat gesloopt zou worden. De eigenaar van het pand was vroeger de trotse eigenaar van een enorme servieswinkel in het centrum van Eindhoven. Hij had zijn laatste jaren tussen zijn voorraden in de langzaam verkrottende gebouwen geleefd en was daar overleden. Zijn zoon was onvindbaar – vandaar misschien dat ongeluksgevoel. De gebouwen werden geveild en een vriend van ons kocht gebouwen plus inhoud. De vazen hebben wel weer de grandeur van het porseleinpaleis waarvoor ze ooit zijn aangeschaft.

   

De teloorgang van de oude economie waarin middenstanders de mooiste serviezen van over hele wereld verzamelden en konden aanbieden is zeker veroorzaakt door de mondialisering waarin massaproductie en optimale logistiek de kleinschaligheid heeft verdrongen. IKEA is hier op woongebied wel het grootste, sterkste en misschien wel het enige voorbeeld van. Ik heb vaak gezegd dat wij leven bij de gratie van IKEA.

Wij zijn niet groot en maken kleine aantallen, meestal op maat, of zelfs unica voor onze klanten. Bij de gratie van de massa bestaat de behoefte kleinschaligheid en individualiteit. Maar het produceren van kleine aantallen is kostbaar en wat is er nu mooier dan iets bedenken wat betaalbaar en beschikbaar is voor de meeste mensen – en ook nog eens werken met mensen die heel leuk zijn? Maar dat terzijde. Toen ik Karin Gustavsson ontmoette op de Salone del Mobile in Milaan en we beiden steeds enthousiaster werden, schijnbaar zonder enig doel, zijn we gaan samenwerken en ben ik uiteindelijk voor IKEA gaan ontwerpen. We hadden destijds een klik die er nog steeds is.

Aankomend voorjaar wordt de Industriell-collectie geïntroduceerd, maar de eerste modellen en prototypes zijn nu al tijdens de DDW bij ons te zien. Een collectie met als belangrijkste thema ‘handmade-serial produced’; in grote aantallen geproduceerde ogenschijnlijk hand gemaakt producten.

Een ander thema was ‘niet weggooien’. Als je 35.000 kasten maakt en bij de productie van deze kasten niets anders dan zaagsel weggooit, dan gooi je dus een berg afval niet weg. Honderd procent materiaalgebruik is voor ons een nobel streven maar voor IKEA, met een enorme productie, maakt het echt een verschil.

Tenslotte hebben we nog producten gemaakt om verschillende ambachten en fabrieken, waarvan het bestaansrecht afhangt van verkoop, te laten voortbestaan. Sommige fabrieken hebben het erg zwaar omdat ze van hun verkoop afhankelijk zijn van de grillen van de markt. Om deze fabrieken werk te verschaffen maakten we van een materiaal wat bijna niemand nog leuk vindt de massief-vurenhouten-collectie. De DDW 2017 IKEA-Eek-presentatie zal het verhaal vanaf het eerste begin tot nu vertellen. Niet alleen zullen de producten worden gepresenteerd, maar ook het proces, de mislukkingen en het verhaal erachter. Voor wie lezen niet schuwt wordt er een krantje uitgegeven dat een kijkje achter de schermen biedt.

Klik hier voor het hele IKEA-verhaal.

RAG-tafel en -lamp

Het RAG gebouw, dat ik met Iggie Dekkers heb ontworpen en waarvoor we hopelijk een prijs tijdens de DDW zullen krijgen of – en die kans is even groot of nog groter – beteuterd een ander ermee vandoor zien gaan, is de ook de naamgever van een serie producten. De RAG-tafels en -lampen zijn unica, vervaardigd van oude buizen die we uit het pand hebben gesloopt.

Voor de aanstaande DDW maken we een rechthoekige tafel van buizen met een wat kleinere dan enorme diameter. We maken ook nog een lamp waar misschien wel een tafereel in komt. De lamp heeft in elk geval een futuristisch ‘Barbapapa-uiterlijk’. Toen ik deze lamp tekende wist ik nog niet dat we op een veiling keramieken lampen zouden kopen met ongeveer hetzelfde thema. Deze keramieken lampen en veel andere door ons geselecteerde objecten zijn ook onderdeel van de presentatie. Misschien wordt het nu wel een beetje een wervende tekst maar veel is er niet van gelogen. Hoe bizar de lamp zal gaan worden weet ik nog niet want we zijn nog aan het lassen.

   

Keramieklampjes, echt design

Gelukkig hebben we ook wat echte designproducten waar een serieuze ontwerper, die werkt met nieuwe materialen en in grote aantallen, om zo de kosten laag te houden, blij van zou worden. Het zijn keramieken lampjes die overigens ook prima in kunststof zouden kunnen worden gemaakt; zeer eenvoudige producten die qua ontwerpen bijna geen naam mogen hebben. Zelf dacht ik op een goed moment: waarom bestaan deze lampjes eigenlijk niet al jaren?

Tegenwoordig is dat best een goed teken want we maken zo nu en dan kleinere producten waar we blijvend van verkopen. Dat komt misschien omdat het bedrijf en de bekendheid is gegroeid, de ontwerpen beter zijn geworden, of gewoon omdat we geluk hebben. Ik zou het zelf in elk geval niet weten maar ik heb het gevoel, zoals ik dit met elk nieuw ontwerp heb, dat deze lampjes heel erg in de smaak zullen vallen en ook dat we ze voor redelijke prijzen kunnen maken. Wie weet is de DDW 2017 wel weer de introductie van een echte Eek-classic!

Eiken vitrine op poten

Want die zijn er, ‘Eek-classics’. We hebben namelijk producten die we al van af de oprichting van het bedrijf in de collectie hebben. De klassieke sloophouten kast die ik voor mijn examen in 1990 maakte, zit nog steeds in de collectie en we verkopen deze nog steeds even goed of misschien wel beter. Overigens heeft dat niet veel om het lijf maar we hebben wel weer een oplage net voor de DDW afgekregen.

De eiken vitrine die ik in 1993 heb ontworpen is een andere klassieker. De vitrine was geïnspireerd op een pallet oude vierkante glasplaatjes die ik op de Philipsdump vond. Ik realiseer me nu dat de Philipsdump bestond omdat Philips toen langzaam maar zeker haar productie bedrijven in Eindhoven aan het opdoeken was. Nu zit alleen het hoofdkantoor van Philips-Nederland nog in Eindhoven en zitten wij, en velen anderen, in één van de oude panden van Philips.

   

Later kwam hij in de collectie met rechthoekige ramen. Sindsdien is het een van onze beste en meest kenmerkende producten. Nu, bijna 25 jaar later, voegen we een nieuw model toe aan de eiken vitrine-collectie. Dit is een vitrine met vierkante raampjes zoals de eerste kasten maar nu op poten.

NYC-watertorenhout met Diederick Kraaijeveld

Het watertorenhout uit New York, dat we meer dan een jaar geleden samen met Diederick hebben gekocht, was vorig jaar al aanleiding voor een NYC watertorenmeubelcollectie. Dit jaar presenteren we wat we in eerste instantie in gedachten hadden en zelfs meer. Diederick komt al jaren bij ons over de vloer en langzaam maar zeker kwamen we meer en meer in gesprek. Op een goed moment opperde hij om een container watertorenhout, wat normaal wordt weggegooid, naar Eindhoven te halen. Diederick zou met het hout schilderijen gaan maken en wij producten.

   

Zijn schilderijen zijn, net als onze sloophouten producten, gemaakt van oud hout maar, anders dan wij, figuurzaagt hij van het sloophout figuratief werk. Veelal zijn het, nu ik erover nadenk, Amerikaanse thema’s: sneakers en andere typische Amerikaanse objecten, maar ook een portret van Obama en andere bekendheden heeft hij al gemaakt. We hebben het er regelmatig over gehad om het werk abstracter te maken. Landschappen of puur composities of liever gezegd suggereerde ik dat ik dat ook mooi zou vinden. Maar gelukkig zijn de mensen om me heen net zo eigenzinnig als ikzelf ben en blijft Diederick gewoon lekker doen wat hij wil. Hij heeft van het hout van de watertorens uit Manhattan een net zo figuratief als abstract schaalmodel van Manhattan gemaakt en krijgen we wat dat betreft beiden onze zin.

Diederick heeft een kwaliteit die bijna ongeëvenaard is. Hij legt contacten en maakt vrienden alsof het niets is en hij reist zich een ongeluk vandaar ook het hout van de torens maar ook andere contacten in New York. Om het verhaal kracht bij te zetten heeft hij een van zijn vrienden uit New York, een zeer bekende fotograaf, gevraagd om foto’s van watertorens te maken. deze foto’s worden een deel van de expositie en maken het verhaal compleet. Tenminste, dat dacht ik.

Enkele weken geleden kregen we een fotootje geappt van Diederick waarin hij liet zien dat hij nu ook schilderijen heeft gefiguurzaagd van watertorens. Figuratief werk dus. De beelden lijken meer op de foto’s van oude industriële panden van Bernd en Hilla Becher dan zijn de schilderijen die hij eerder maakte en houden het midden tussen abstractie en figuratie. Het slotakkoord is dus vooralsnog voor Diederick, de initiatiefnemer van het project.

Enorme balkenvazen met Royal Leerdam Crystal

Met Royal Leerdam Crystal hadden we al contact vanwege de prachtige vazen van Copier die weer opnieuw in collectie genomen onder de naam Copier Revisited en bij ons in de winkel staan. Jaren geleden ben ik al in Leerdam geweest om te kijken of we een project konden realiseren waarin we iets zouden doen met hun afvalglas. Het werd uiteindelijk niets, waarschijnlijk omdat het te druk was. Nu hadden we het gevoel dat er wel weer wat mogelijk was.

Tijdens het gesprek waar Marco Lopulalan, de meester-glasblazer, ook bij was, hadden we het erover dat als er een goed idee was, we dit maar gewoon moesten gaan doen. Enkele minuten later bedacht ik dat het best mooi zou kunnen zijn om van de restanten van onze enorme balken objecten (open) mallen te maken waar Marco vervolgens vazen in kon blazen. Het glas wordt in de vierkante balken mal geblazen en daardoor in de vorm gedefinieerd maar aan de bovenzijde heeft de blazer vrij spel. Op een goed moment worden de haken aan de zijkanten van de mal losgegooid waardoor deze openvalt en de vierkante vaas met vrij uiteinde uit de mal kan worden gehaald.

   

Het hout van de mal verbrandt steeds meer naarmate de mal vaker gebruikt wordt en laat vermoedelijk, want dit moeten we nog gaan ondervinden, vanaf de eerste tot de laatste vaas een steeds diepere afdruk in het glas achter. Met elke mal maken we negen enorme balkenvazen. Marco dacht dat het wel moest lukken en was er ook gelijk enthousiast over. Dus besloten we een poging te wagen om nog vóór het begin van de DDW, in minder dan anderhalve maand, te proberen om een eerste serie vazen te maken en om deze tijdens de DDW te presenteren. We hebben inmiddels twee prototypes, waarvan er één tijdens het transport gesneuveld is, binnen en tijdens de DDW presenteren we de eerste series vazen met de verkoolde mallen.

Toen Marc Mulders de scherven van de kapotte vaas zag was hij enthousiast over het resultaat en het effect van de houtstructuur in het glas. Hij heeft de scherven dankbaar in ontvangst genomen en ze zullen door hem weer worden hergebruikt in een nieuw glaskunstwerk – het toppunt van recycling zou je kunnen zeggen!

Christie van der Haak

De eerste samenwerking met Christie dateert van al best lang geleden. Deze samenwerking kenmerkt zich door eigenzinnigheid van twee kanten waarbij ik alle zeilen bij moet zetten om Christie bij te benen. Of liever gezegd ik moet proberen dragers te bedenken voor Christie’s textiel ontwerpen – het lijkt wel een veilinghuis zoals het nu klinkt. De ontwerpen lijken uit een andere wereld te komen.

De eerste keer dat Christie mij benaderde was om te vragen of ik een meubel wilde bedenken waar de stof die ze voor het Textielmuseum in Tilburg ging maken op kon worden toegepast. Ik meen dat Menno Doornbos ons toen met elkaar in contact heeft gebracht. Dit keer was het andersom. We hadden nog een lap stof liggen van een van de banken die we destijds voor Christie hadden gestoffeerd en toen ik deze op een goed moment in mijn handen had en we tegelijkertijd zitzakken aan het maken waren, waarvan één met een wandtapijt als bekleding, dacht ik: waarom maken we er niet een met de stof van Christie?

Ik mailde haar of dit wat haar betreft kon en gelukkig was dat zo. De zitzak is best spectaculair geworden. Juist omdat het niets veel is, is het een hele goede drager voor de rijke stoffen van Christie. Nu presenteren we de zitzak, ligzak en poef met speciaal door Christie ontworpen stoffen. Op het moment dat ik dit schrijf weet ik nog niet hoe ze er in het echt uit gaan zien want er wordt nog geknipt en genaaid, maar ik heb er alle vertrouwen in dat het iets moois gaat worden. En als u dit stukje leest staan er waarschijnlijk foto’s onder met het resultaat.

Klik hier voor de video waar Christie van der Haak verteld over haar textiel.

Producten uit de oude doos en klein grut. Eiken fauteuil en tafeltje, tegelkasten en kandelaars

Naast de producten die volledig nieuw zijn hebben we ook een paar producten uit de oude doos gehaald. Een fauteuil met tafeltje dat we ooit voor de Verkadefabriek hebben ontworpen en waar onlangs weer vraag naar was hebben we opnieuw in de collectie genomen. De fauteuil valt of staat bij de combinatie tussen het leder en het eiken. Omdat we al enkele jaren nauw samen werken met ECCO Leather, waar ze ongeveer elke ledersoort kunnen maken die we maar willen, zijn de fauteuiltjes extra leuk om weer te gaan maken. Het is nog wel spannend of het op tijd gaat lukken het juiste leder te maken, maar de fauteuiltjes hebben zich al bewezen.

   

Ook een product wat we al jaren geleden hebben ontwikkeld en dat tot de meest exclusieve objecten behoort die we hebben gemaakt, zijn de tegelkasten. De laatste serie die we maakten bestond uit een stalen versie, geheel in zwart uitgevoerd, waar we er nog één van over hebben, en een houten in wit keramiek. Daar hadden we nog twee frames van staan. De tegels moesten nog gemaakt worden, wat een uitgelezen kans bood om, alsof het niet al druk genoeg is, het inmiddels op volle toren draaiende keramiekatelier vlak voor de DDW nog wat extra te belasten.

Toen ik de kasten bedacht waren ze het hoogtepunt van het aaneenschakelen van eenvoudige details tot complexe structuren. We moesten, om de kasten gemaakt te krijgen, de details per stuk laten maken om ze vervolgens tot een geheel te combineren en de uiteindelijke vorm van de onderdelen te laten bepalen. Het was destijds puzzelen op het hoogste niveau. De periode waarin de kasten werden gemaakt noemde ik mijn ‘puzzelperiode’ en hierin waren de tegelkasten de apotheose.

Veel minder exclusief, en bijna niet vermeldingswaardig, zijn twee kandelaartjes die we voor een klant probeerden te ontwikkelen. De essentie ervan was dat ze spotgoedkoop en per post in een doos moesten kunnen worden verstuurd; het is en buitenlandse klant. De twee kandelaars zijn familie van elkaar, omdat ze beide een afgeleide zijn van de nachtkaars.

   

Heel slim is het niet om, als je al zoveel kandelaars hebt, er nog meer modellen aan toe te voegen, maar het was het enige product dat ik kon bedenken dat in en doos verstuurd kon worden en voor weinig gemaakt kon worden. Het is best spannend of het na het rekenen nog steeds weinig is. Niet voor niets maak ik met regelmaat de grap dat als we door hoge loonkosten alleen maar kijken naar een plank, deze al onbetaalbaar wordt.

Carhartt in de winkel en samenwerken

In de winkel is de grootste verandering dat we sinds kort het kledingmerk Carhartt verkopen. De afgelopen jaren hebben we voor veel Carhartt-winkels en -presentaties objecten geleverd. We willen nu intensiever gaan samenwerken door ook de kleding te gaan verkopen en wie weet speciaal voor Carhartt gaan ontwerpen. Voor de winkel hebben we een enorme balken-presentatietafel en een spiegel pashokje.

Maar het leukste van alles is een filmpje dat Lieve, mijn oudste dochter, samen met een stel vrienden voor ons heeft gemaakt. ‘Carhartt bij Piet Hein Eek’, zou je kunnen zeggen, want in het filmpje is te zien hoe we de letters C A R H A R T T naaien, lassen, frezen, spuiten, timmeren, plakken, printen, snijden, tacken en in het spant in de werkplaats ophangen. Voor het eerst is er een filmpje met daarin een groot aantal van de technieken die we in huis hebben.

De ergste klus. De ateliers die we gaan verhuren

Ondanks dat ik bijna altijd zeg dat de DDW niet leidend is en we het ook niet moeten overdrijven tuinen we elk jaar weer in de DDW-val. Dit jaar was de grote valstrik dat we ateliers gaan verhuren aan de Halvemaanstraat, aan de voorzijde van het pand. De ruimte waar deze ateliers momenteel worden gerealiseerd was in gebruik als opslag maar kreeg meer de functie van vuilnisbelt voor kostbare zaken. Iedereen die iets had en hier niet direct een plek voor kon vinden bracht het naar deze ruimte deed de deur achter zich dicht en was het kwijt. Naast een hoop rotzooi hebben we de meest kostbare zaken terug gevonden.

De aanleiding om te gaan verhuren was dat deze kant van het pand nogal doods was. Er gebeurde te weinig. Met nieuwe huurders met hun eigen voordeuren in de gevel zou dat probleem in één keer opgelost worden. Zonder al te veel moeite verhuurden we de ateliers. De huurders waren heel flexibel maar vonden het toch wel fijn en sommige vonden het echt heel erg fijn als ze er met de DDW in konden. Dit is het moment om je te presenteren aan het grote publiek en geef ze eens ongelijk. Dus wederom een mission impossible die moet slagen. Het lijkt net als alle andere zaken die we ons op de hals hebben gehaald een heel eind te gaan lukken.

Veronese bij ons in de showroom

Tijdens Salone del Mobile in Milaan dit voor jaar lieten we de kroonluchters al bij Rossana Orlandi zien, zullen we ze nu ook tijdens de DDW in onze showroom laten zien. 

Veronese is een bedrijf dat al bijna honderd jaar kroonluchters en armaturen van Murano-glas maakt. De zoon van het familiebedrijf zat al jaren te broeden op een plan om de historie van het merk, opgeborgen in de kelders van hun pand in Parijs, nieuw leven in te blazen. Mijn grootste geluk was dat hij het logisch vond om mij uit te nodigen om iets met deze schatten te doen. In de kleine kelders ligt een onwaarschijnlijke hoeveelheid ornamenten van kroonluchters uit lang vervlogen tijden.

   

Het enige wat ik hoefde te doen was iets te bedenken om met het glas te kunnen componeren. Het werd een soort mecanosysteem rond een verticale as waarmee je allerlei verschillende objecten kan samenstellen. Op 16 november werden de eerste resultaten bij Merci in Parijs gepresenteerd daar zag ik de lichtobjecten voor het eerst en ze overtroffen mijn verwachtingen. Maar leuker nog was dat zij direct als inspiratiebron dienden voor talloze aanvullende ideeën – precies zoals we gedacht en gehoopt hadden.

Eén van de gasten merkte op dat de lampen qua ontwerp en constructie volledig nieuw zijn maar evengoed honderd jaar geleden zouden kunnen zijn ontstaan, alhoewel het toen ondenkbaar zou zijn dat er letterlijk en figuurlijk evenwicht werd gevonden door willekeurige en asymmetrische elementen met elkaar te combineren. Het voordeel van het ontwerp is dat je, als er een onderdeel kapot gaat, dit vervangen kan worden door een willekeurig ander onderdeel zonder dat het ontwerp geweld aangedaan wordt. Er ligt bij Veronese nog een schat bestaande uit duizenden stukken uniek glas te wachten om verwerkt te worden.    

<< terug naar nieuwsoverzicht

This post is also available in: EN

« Terug naar blogberichten
Laden...
Terug naar boven