How it is made – Piet Hein Eek keramiek

18-06-2020

18-06-2020

Geïnspireerd door zijn kinderen die, in het atelier van zijn vrouw, klei met een deegroller uitrolden, wilde Piet Hein Eek keramische ontwerpen gaan maken met platte stukken klei in plaats van de identieke producten die normaal met behulp van gipsen mallen worden gemaakt (2005). Hij gebruikt de platte klei op dezelfde manier als plaatstaal, waarbij hij ervoor koos om het tweedimensionale materiaal om te buigen naar een driedimensionale vorm. Bij de ontwikkeling van deze keramische kannen speelde hij met het idee om de delen als het ware aan elkaar te ‘lassen’ en de naden zichtbaar te laten. Om de kannen te kunnen maken, worden metalen onderdelen gemaakt waar de platte klei op aangebracht worden. De delen worden vervolgens in één keer tegelijk tegen elkaar aan geplaatst en op de randen geklemd om ze zo te laten drogen. In dit stadium is de gehele structuur nog zacht en kwetsbaar en ook de naden laten nog gemakkelijk los. De kannen krijgen pas stevigheid nadat ze in de oven worden gebakken en daarna geglazuurd. Het proces kost enorm veel tijd en vereist grote toewijding en vaardigheid. Omdat de klei tijdens het proces zo kwetsbaar is, worden geen twee kannen hetzelfde en lijkt het uitgangspunt op dat van het Afvalproject.

De facetvaas (2006) is de overtreffende trap van dit principe (zie BOEK 1, pp. 396-399 en BOEK 2, pp. 56-59).

Klik hier voor meer informatie en foto’s.

<< terug naar nieuwsoverzicht

This post is also available in: EN

« Terug naar blogberichten
Laden...
Terug naar boven